Toch is dat in de praktijk niet altijd het geval. Je merkt dat ze:
- hoge verwachtingen hebben, van zichzelf en de organisatie
- altijd maar doorgaan en moeilijk grenzen kunnen stellen
- door hun ambitie zo hard werken dat ze last hebben van stress of zelfs uitvallen door een burn-out
- soms weinig vertrouwen hebben in zichzelf en hun eigen capaciteiten
- last hebben van onrust en onzekerheid
- niet goed om kunnen gaan met omstandigheden waar ze geen invloed op hebben
- geen werkplezier en motivatie meer hebben en vertrekken
Je doet er alles aan om ervoor te zorgen dat ze met plezier kunnen werken. Er zijn budgetten voor ontwikkelingsmogelijkheden; je biedt flexibele werkplekken en werktijden. Er zijn hippe vegan lunches, zitzakken en tafeltennistafels. Maar ondanks al deze pogingen zie je nog steeds dat ze omvallen door een burn-out of al weer snel vertrekken.
Dit zorgt voor veel gedoe. Je moet vervanging regelen of op zoek naar nieuwe mensen. Dit kost tijd, geld en frustratie. En je loopt het risico dat je weer de herhaling krijgt van de vorige uitvallende werknemer.